't Komt goed.

on zaterdag 30 juni 2018




Het liefst was ik om zeven uur meteen begonnen.

Maar ja het leven bestaat niet alleen maar uit hooien (hoewel dat wel zo lijkt deze dagen)(echt waar iedereen hier in de buurt is aan het hooien!)

Er moesten ook boodschappen komen, wassen gedraaid, een dochter kwam thuis, er was een Pilates les.

En we kregen bezoek! Joost en Grace kwamen langs en ze hadden Lenie bij zich!





Joost is zelf ook van boeren afkomst, en zijn handen jeukten om mij even te helpen bij dat hooi opruimen. Haha nee hoor Joost. We gaan koffiedrinken en soep eten en kletsen! 😊

Voor Lenie heb ik groot respect. Ze is 85 jaar. En ze heeft erg veel meegemaakt in haar leven, verdriet met de kinderen, ziekte, pijn, en andere tegenspoed. Maar haar gezicht straalt altijd en ze is haast altijd blij. Blij voor anderen. Of blijmoedig, is meer het woord.

Haar motto is .. 't komt goed. Ook in al haar eigen tegenslag bleef ze dat altijd zeggen.

Ooit heb ik daar met haar lang over gesproken.

'Lenie .... maar het is toch niet allemaal 'goedgekomen' in jouw leven?'
'Nee maar daar gaat het niet om. Het gaat erom dat datgene wat er gebeurt, dat je dat accepteert. Dat je dat goed vindt. Dan kan je altijd zeggen .... 't komt goed.'

Dat gesprek is mij altijd bijgebleven en geeft mij ook moed, bij tegenslag. Die paar woorden.





Gezellig was het. En maar goed ook, dat ze kwamen. Want alleen maar in dat hooi zitten is ook niks.

Vanmiddag gingen we. Ik had het geluk dat Paul en Marlieke meegingen, spontaan, om een handje te helpen met het hooi bergen.

'Hoe ga je het eigenlijk doen?' vroeg Paul.
'Nou gewoon, alles in big bags proppen.'
'Dat hele weiland? Je bent gek!' zei hij.





Lief is dat. Ze verklaren je voor gek, maar dan toch helpen. Ik verklaarde mijzelf ook wel voor gek. En genant was het ook. Wij daar als een paar suffe westerlingen aan het hooi in zakken proppen, bos voor bos, terwijl overal om ons heen de trekkers snorden en de weilanden binnen een half uurtje waren leeg geruimd.

Genant .... die gekke Bussumers!






Maar ja veel keus was er niet.

En ik dacht steeds aan de woorden van Lenie .... 't komt goed. Dus, gewoon maar doorgaan met proppen! Paul en Liek gingen nog extra zakken halen, want we hadden veel te weinig. Kwamen terug met ijs en cola. En zakken.

En kijk nou daar komt overbuurman aan, die komt een handje helpen. Met de trekker en zo'n hefding voorop, daarmee kan je in één keer een halve baan hooi opscheppen. Hij heeft zeker een kuub of vijf naar ons huis gebracht. Top!!

(ik denk dat hij ons gepruts niet meer kon aanzien ..... 😅)









Nou ..... je ziet het he? De laatste zakken worden afgevoerd.

Om zes uur lag alles onder de kap! Ruim tien kuub aangestampt hooi, in zakken, en een deel als los hooi erachter. Dat moeten we nog in zakken stoppen. Nu alleen nog maar een plek zoeken en de big bags opstapelen.

Kurkdroog knapperig hooi. Dat lekker ruikt ... naar hooi. Er zit nog wel stof in maar niet meer zoveel.







En wat we eigenlijk moeten met al dat hooi? Ja, dat is weer een nieuw verhaal. Voor een volgende keer  :D

Nu genoeg hoor, over hooi! Ik kan geen spriet meer zien. Nu weer terug ... naar de tuin.






De wijze woorden van Lenie kwamen uit vandaag. Maar misschien, als het allemaal niet gelukt was, was dat ook wel weer ergens goed voor geweest.

't Komt goed!

Een heel mooi levensmotto.




Ik wens je een mooi weekend.


Vandaag was ik zelf de hooimadam.

on vrijdag 29 juni 2018




Nu wijzelf net gehooid hebben, dacht ik er wel genoeg verstand van te hebben om overbuurman Wim te assisteren bij het beheer van zijn weiland. 

Hij had om wat tips en hulp gevraagd. Van de week toen het ineens zo stalend mooi weer was leek mij dat een goed moment om met het hooien te beginnen. Wim vond het prima.

Dus. Hulptroepen inschakelen voor het maaien. Dat gebeurt met trekker en cyclomaaier. Alleen, toen bleek de bodem van het weiland nogal hobbelig te zijn. En daardoor werd niet alleen het gras afgemaaid maar ook veel van de kluiten, en stoof het zand door de lucht. 

Kijk .... dat weet je dan niet he. Dat je eerst even de grond van zo'n weiland moet inspecteren.





Nou. Affijn. Dat wordt dus geen best hooi, volgens de kenners. Want hooi met stof en zand erin, daar zit geen enkele boer op te wachten om dat in z'n schuur te hebben. En ook niet in z'n machines trouwens. En ook niet in z'n koeien.

De hulptroepen hebben ook geschud. Dat gebeurt dus met een schudder achter de trekker. Het hooi wordt dan omgegooid, zodat het sneller droogt. En ik zag elke keer al dat stof opwaaien, vanuit ons huis.

Ja dan zit je met een weiland drogend hooi, en niemand die het eigenlijk hoeft. Nou, ikzelf wel. Want mij kan dat stof niet veel schelen. Het is onbespoten en mooi kruidig hooi. Volgens mij is het veel beter voor elk dier dan eenzijdig raaigras hooi.

En een beetje zand? Ach je moest es weten hoe vaak er bij ons zelf niet een beetje zand in de sla of soep zit. Went vanzelf!





Wat ik ook nog was vergeten was om te checken of de landbouwmachines wel bij het weiland konden komen. Langs het huis van Wim is maar een smal pad. De schudder en de maaier konden er nét langs.

Maar wat denk je? De pick-up (die van die mooie pakjes maakt van het hooi) en onze harkmachine (die het hooi op lange banen harkt) konden er helemaal niet langs.

Wat nu wat nu? 

Zelf harken? Tuurlijk. Zo groot is dat weiland van Wim niet. Dus dat heb ik gedaan vandaag. Van half tien tot vier uur. Dat hooi op banen harken.

Wat weer heel handig is, als je het met de hand harkt, is dat je het tussendoor kunt schonen. Alle kluiten zijn eruit gehaald. En het hooi is flink opgeworpen zodat hopelijk een groot deel van het zand eruit is.





In het begin was het drie kwartier per baan, later een half uur. Alles went. En alles leer je vanzelf, door het te doen. Ik was wel blij met de wijze les die ik onlangs kreeg toen de boer bij ons kwam schudden, en we samen de kantjes hadden geharkt.

Hij heeft het goed voorgedaan. Mooi vlak harken en vooral niet teveel kracht zetten.

Nou, leuk dagje hoor! Met als enige gezelschap mijn eigen schaduw. En later, een hele agressieve hommel. Ze vloog tegen mijn pet aan en tegen mijn bril. Wat wil jij hommel?

Toen zag ik het. Bij het maaien is er een hommelnest per ongeluk kapot gemaakt, en de hommels hebben heel snel een noodnest gemaakt in het hooi. En ik kwam te dicht in de buurt. Dus die bewaker wilde mij daar wegjagen.

Nou, maak je geen zorgen hommels. Dat deel van het hooi mag blijven liggen!





Soo hee ... 9 banen hooi van honderd meter! 

En hoe we dat thuis krijgen? Dat bedenken we morgen wel.

Ik heb erg veel geleerd van deze hooi-actie. Vooral van fouten maken, daar leer je zoveel van! Je zou véél meer fouten moeten maken!! 😊😊

Na dat hooien was de batterij wel helemaal leeg. Wat is een douche dan fijn, en schone kleren aan, en lekker in de schaduw gaan zitten met koffie en een prutswerkje.







Want dat gaat nu echt goed los, de oogst.

Het werk in de tuin is redelijk onder controle, maar het oogsten staat in de startblokken.





Elke avond loop ik een rondje over de tuin. Inspectie.

Op dit moment kijk ik vooral hoe de planten erbij staan. Moet er al beregend worden? Nee, nog niet. De planten zijn sterk en groot geworden, en vitaal genoeg om het een tijdje uit te houden met de droogte.





Zijn er plagen of ziektes? Nee, eigenlijk ook niet. En als ik die wel vind dan doe ik meestal ... niks. Vaak komt het vanzelf goed. En kost het je hooguit een klein deel van de oogst. Als je niks doet lost de natuur die plagen en virussen namelijk wel zelf op.

Is het niet dit jaar, dan wel het volgend jaar. (oja ... want tuinieren is geduld hebben .... maar dat had ik al gezegd toch?)

Ga vooral niet heel gestressed die 'plagen' aanpakken. Meestal doe je meer kwaad dan goed.

Het enige wat ik doe bij overlast van beestjes is die beesten weghalen. Elke dag. Dat helpt echt.
 




Ja en toen wilde ik eindigen met een mooie rustieke foto van de tuin, en de oogstmand, en de ondergaande zon. Maar iemand anders hier wil ook altijd wel graag even op die foto.

Nah ... vooruit.






Wol verwerken (stap 3)

on donderdag 28 juni 2018




Vanochtend was ik weer bij Renske. We gingen verder met de wol. Hier en hier kon je al zien hoe we de ruwe wol van de schapen hebben schoongemaakt, en hoe het is gekaard.

Tja. En dan heb je een paar kussenslopen vol met schone gekaarde wol. En dan verder?

Nou, dan kan je er bijvoorbeeld een hooimadam van maken. Die ik zelf overigens 'wolmadam' noem. Kijk maar mee.





Alle spullen lagen al klaar. Eerst koffie natuurlijk. En bijpraten. En toen begon de les.

Je hebt nodig, gekaarde pure schapenwol, en een vrolijke katoenen lap van 90 bij 1.10 centimeter, spelden, een schaar, en stevig katoenen draad en een stopnaald.

Als je dit voor het eerst maakt, is geruite stof heel handig, want dan kan je heel precies doorsteken van onder naar boven. Neem dus maar een geruite lap. Hier in Staphorst in de stoffenzaken hebben ze die in alle kleuren.

En rijg alvast rond de hele lap een zoompje.





Vouw de lap in de lengte dubbel, vouw één helft open en leg hem nog even dubbel neer zodat het niet in de weg ligt. Op de bovenste opengeslagen helft ga je nu de wol neerleggen.

Niet zomaar een klont wol, nee dat gaat heel precies. Van de wol die op de molen gekaard is haal je met de draad mee een langwerpig stuk af. Je rolt dat losjes op, en maakt er een rond bolletje van.

Voor diegenen onder jullie die wel eens een brood kneden en bakken, net zoals je zo'n brooddeeg bijeen rolt, zo doe je dat ook met de wol. Het ronde lapje dat je nu hebt noemen we een dakpannetje. 







En dan ga je die dakpannetjes schikken op de lap. De diksten mogen onderaan, waar de bodem komt, want daar moet de pan die er later in komt het beste geïsoleerd worden.

Zo'n vier dakpannen over elkaar heen leggen. Dan een rij ernaast, ook weer over de eerste rij heen, dan weer een rij, tot de lap vol ligt. Je hebt zo'n 300 gram wol nodig.









Dan vouw je de opgerolde helft stof eroverheen, en steekt de lap rondom met spelden dicht. Langs de lange kant moet je zeker twee centimeter overlap maken.

Langs de korte zijden minstens een halve centimeter.





Dan zet je de wolvulling vast. Dat doe je met lange spelden, die je hier en daar door alle drie de lagen heen steekt.

Goed vastzetten die wol, zodat de dakpannetjes niet meer kunnen schuiven.





Rijg het nu met een rijgdraad helemaal rondom dicht. Aan drie zijden dus.

De vierde zijde is de dubbelgevouwen zijde. Dat wordt de bovenkant van de hooimadam.





En dan. Het definitief vastzetten van de wol.

Je wil niet dat de wol gaat schuiven en bobbelen. Dus het is belangrijk om de wol op regelmatige afstand vast te stikken.

We gaan alles nu doorstikken met stevig katoenen draad. Renske nam het draad dubbel, zodat het niet breekt bij het aantrekken. Dus, neem een dubbele katoenen draad, kies een kleur die goed past bij je stofje, of die juist een mooi contrast geeft, en begin vlakbij de bovenhoek. Dit is dus bij de dubbelgevouwen zijde.

Tel zo'n drie hokjes (onze hokjes waren 1 centimeter groot) vanaf boven en drie hokjes vanaf opzij, en duw de naald op die plek door de drie lagen heen. Keer het geheel nu om, en tel weer drie hokjes van boven en van opzij, en steek daar terug, zodat je aan de onderkant terugsteekt op precies dezelfde plek als de bovenkant.

Snappie? Of leg ik het te ingewikkeld uit?






Na het weer terugsteken, je hebt nu beide uiteindes aan één kant,  knip je de draad ruim af, en leg er een knoop in. Goed aantrekken. Dan draai je de beide uiteindes een slag om elkaar heen, en weer een knoop leggen (niet te strak) en wéér om elkaar heen draaien en nog een derde knoop.

Draden afknippen (niet te kort) en klaar.




Zeven hokjes verder doe je precies hetzelfde. ga door tot het einde van de stof. Dan de volgende rij zeven hokjes eronder.

En dan zoek je het midden van de doorgestikte hokjes, dus even tellen, en daar maak je ook weer een doorstiksel.

Enzovoort. Totdat de hele lap met de vulling is doorgestikt.





Je hebt nu al een prachtig voorwerp. Van onze eigen ruwe wol is zomaar een stevig en heel lekker warm en zacht kussen gemaakt. Die Brit graag in haar mand zou willen hebben ....

... maar het is nog niet af! Want het wordt geen kussen het wordt een hooimadam.

We gaan nu de bodem maken. Je neemt een dubbele ronde lap van 30 cm doorsnee. Als je een groot gezin hebt met hele grote pannen kan het ook wel wat groter.

Die naai en vul je weer op dezelfde manier. Alleen in plaats van allemaal kleinere dakpannetjes neem je nu één grotere bol wol.








En hier zijn Renske en ik gestopt voor vandaag.

Het was echt mooi om te zien, hoe de wol en de stof onder haar handen in een bruikbaar voorwerp veranderde. Fijn als iemand zomaar haar kennis wil delen!

We hebben het gehad over nog veel meer toepassingen voor pure wol. Wat dacht je van voetenwol? Stukjes wol tussen je tenen vlechten, onder je sokken of kousen, voor als je snel blaren of pijnlijke voeten hebt? Ik kom daar later wel op terug.

Het is zo mooi spul ... wol.





Daar staan de schapen van Klaas en Renske. Behalve dat ze mooie wol geven is het ook een gezellige boel met die schapen. Af en toe blaten ze even. Hallo hallo mekker mekker wij zijn er ook nog. En Robbie de hond is er ook, en in de schuur zit nog een kip te broeden.

Het is onze eigen Ma Kip, die hier een nieuw legsel aan het uitbroeden is. Maar helaas waren die foto's mislukt. Maar het gaat erg goed met Ma Kip! En haar eieren komen bijna uit.





Weer veel geleerd vandaag. Ik hoop jullie ook!

We komen hier snel terug. Voor deel vier van 'wol verwerken'.

🐑🐑🐑🐑🐑🐑🐑🐑