Speuren naar ramen.

on dinsdag 29 maart 2022

 





Zo'n joekel, vlák voor ons raam. Hij kwam van het Waterschap, om de slootkant te kortwieken. We werden er met z'n allen niet vrolijk van, toen de jonge boompjes daar langs de sloot één voor één werden weggeplukt, als madeliefjes.


Maar ja, zo'n sloot kun je nou ook weer niet laten dichtgroeien met bomen. Als er weer eens een enorme plens water over ons land stroomt .... willen we wel graag dat dat dan snel kan worden afgevoerd, door efficiënte sloten. Dus moet dit, soms.


Met gemengde gevoelens stond ik voor het raam naar buiten te kijken. Dag boomkes. Toch leuk om jullie gekend te hebben, een tijdje. De boomkes worden op grote hopen gegooid. En ik ben maar eens van dichtbij gaan kijken, bij die hopen. En heb toen zo hier en daar wat ertussenuit geplukt. Kleinere exemplaren die niet teveel door de grijper waren beschadigd. En die liggen nu met hun wortelkluiten in de sloot. Naast ons huis.

Morgen ga ik weer es kijken of er nog meer overlevers zijn. Haha, naast adoptiekippen hebben we nu dus ook adoptiebomen. Iemand interesse? Het zijn vooral elzen en berken en wilgen. Wild en sterk spul dus.



🌱🌱🌱🌱🌱


Gisteren is er weer een rijtje winterwortels gezaaid. Dat is wel wat vroeg hoor. Winterwortels zaai je eigenlijk pas zo half april. Maar ik had vorig jaar nogal last van de wortelvlieg en hoop die nu vóór te zijn, door vroeg te zaaien.







En het is de laatste jaren elk voorjaar raak. Elke keer als ik wortels zaai dan is het droog. Ook nu weer. En dat is niet handig, want pas gezaaide wortels en ook de gekiemde plantjes hebben vocht nodig. Dus, net als vorig jaar en het jaar daarvoor en daarvoor, zaai ik in geultjes die eerst nat gemaakt zijn. En na het zaaien dichtmaken natuurlijk, en aandrukken.


En als het droog blijft dan giet ik hier óm de dag wat water. Met de broes. Tot het gaat regenen. Als je dat niet doet bij droog weer, dan wordt het niks met de wortelen.


Het omgespitte extra bed in de paardenbak, voor zoete mais, is klaar, en daarna afgedekt. De mais zaai ik pas tweede helft april. En zo'n zwart bed tot die tijd kaal laten liggen is niks. Dan komt het kweekgras in no time terug, en de brandnetels en wat hier al niet staat aan snelle jongens. Vandaar het afdekken. Er is nog wel eerst wat houtas op het bed gestrooid, voor kalium. Dat geeft stevige maisstengels. 








Ook voorkom je zo dat de grond snel uitdroogt. Hoewel men zegt dat het volgende week gaat regenen. Maar ja men zegt zoveel. Ik moet het nog zien. Het kan er altijd weer af.


Men zegt ook, dat we flink nachtvorst krijgen deze week. Wel min drie. Dat betekent aan de grond wel min vijf. De tomaten kunnen dus nog in geen tijden naar de kas. En ze worden al zo groot. Ze passen al niet meer onder het schuine dakraam.







Vorig jaar hebben Liek en ik er stokjes bij gezet. Dat was wel een aardige oplossing. Alleen zijn die stokjes ook snel weer te kort, voor zo'n plant die razendsnel groeit.


En het stond eerlijk gezegd toch vrij wiebelig, in de kleine potjes. 






Dus dit jaar wilde ik het eens anders doen. Ik dacht ze maar voor de ramen beneden te zetten. Met touwtjes, en die dan bijvoorbeeld aan de gordijnrails vastmaken. Dan kunnen ze een aardig stuk klimmen. In het licht.


Maar veel van onze ramen zijn klein. 







Dus, speuren naar ramen!




2 reacties:

Lies zei

Hopelijk kan je enkele boompjes redden, Clarien.
Je tomatenplanten staan moooiiiii...!
Lie(f)s.

Willem zei

Voor wat betrteft de regen wordt je op je wenken bediend. Kwam rond middernacht terug uit Vledder en heb tot Apeldoorn in een gestage regenbui gereden en vanmorgen was Zevenaar witgekleurd van een dun laagje sneeuw. En je weet de vuistregel; 1 cm sneeuw is ca 1 mm water. Dus ook een dun laagje sneeuw bost aan voor de vochthuishouding.

Dat het waterschap de boompjes rigoureus verwijderd kan ik me voorstellen. Van de soorten die je noemt placht mijn vader te zeggen "Dat goed wost harder as onkruud" en over elzenbomen zei mijn opa altijd dat het hout was dat in de haard nog enig nut had. Hij baseerde zich daarbij waarschijnlijk op de oude Drentse zegswijze "Rood haor en elzenholt wordt zelden op goeie grond verbouwd", al heb ik hem dat nooit zo horen zeggen. Zal wel meegespeeld hebben dat er in zijn schoonfamilie vrij veel rossige mensen voorkwamenen mijn vader ook enigszins rossig was.