December. De maand van het draadjes afhechten.
Er zijn geen echte hele grote klussen meer, deze maand. Maar gewoon elke dag een paar van die 'afhecht' dingen. Gereedschap opruimen. Werktafel opruimen. Compost maken. Voorraden nakijken.
En ook plannen maken voor het komende seizoen. Dat ook. Zo van ... wáár komt bijvoorbeeld de rijst?
Haha, maar ik zie al een hele goeie plek voor een rijstveldje! Zie je het?
Van de nood een deugd maken! Die ene plek, waar ik vorige week een geul gegraven heb en waar nu het overtollige regenwater steeds langs wegstroomt, daar links van de stal, dat lijkt me een goeie plek voor rijst!
Mooi op het zuiden, in de zon, en héél vaak kletsnat! 💧💧💧
Nog een 'afhecht-dingetje' is het nakijken van de voorraden. Dat is echt belangrijk dat je dat af en toe doet. Want één zo'n rotte ui lekt op al die andere uien, en dan ben je zó een hele krat kwijt. En één rotte pompoen steekt al zijn buren in dezelfde mand ook aan.
De pompoenen gaan daarom maar uit de manden. Want daar kan ik ze niet goed in de gaten houden. Als de onderste rot is dan zie je daar niks van. Dus onze hele wintervoorraad pompoenen gaat verhuizen.
De katten vinden dat prachtig, al die lege manden.
En Bella heeft ook weer geluk ...... een hele mand vol is voor haar!
Manden. Ze zijn zo handig! En leuk en gezellig om te zien.
Gisteravond heb ik meegedaan aan een cursus bij De Zonnehorst. Het was een cursus 'korfvlechten'. Dat is eigenlijk hetzelfde als een mand vlechten, alleen is deze korf speciaal bedoeld voor bijen.
Veel bijenhouders willen korven van natuurlijk materiaal, zoiets als de bijen die ook in het wild hebben. In plaats van kunstmatige raten, en houten kasten, vlechten ze dan een korf van stro, en andere spullen. En dat gingen wij nu leren.
Gisteravond was les 1.
We hadden een hele leuke jolige leraar, die hier even liet zien hoe sterk zo'n zelf gevlochten korf wel niet is.
(hij maakte er ook nog even een sprongetje op)
Dit wat je hierboven ziet is is een voorbeeld van hoe het beginnetje moet. Dit exemplaar is gemaakt van roggestro met raffia banden.
Wij kregen ook allemaal een bos roggestro. Dat was eerst 'gekamd', zo dat het mooi en lang naast elkaar lag. En toen moesten we het blad eraf halen, en erop stampen, om het soepel te maken.
Samen stampen!!😄
Ik laat alleen even het begin zien. Je werkt met een bosje, en draait het dan om je duim zodat je een begin van een cirkel hebt. En dan begin je met het band erom wikkelen.
En de rest ........ als je dat wil weten geef je dan snel op bij De Zonnehorst! Want er komt ook nog een tweede cursus!
Het werd een troep joh! De hele vloer onder een dikke laag stro. En wij maar proberen, en fouten maken, en weer uithalen en weer opnieuw. Flink koffie en koek erbij natuurlijk. Dan gaat het namelijk beter!
Nou, het is een pruddelwerkje hoor, bij mij. Het lijkt wel op mijn aller-eerste breiwerkje, ooit, dat was ook zo'n zweterig geval vól met gevallen steken.
Mijn werkje, en daarnaast zie je het voorbeeld. Haha nog flink oefenen dus!
Het duurt nog wel even voor die eerste korf af is denk ik. Maar wel mooi om weer wat te leren maken van materiaal wat we hier gewoon voorhanden hebben. Roggestro, braamranken, wilgentakjes, heel veel soorten boombast en boomwortels, kun je allemaal gebruiken om manden van te maken.
Maar voorlopig hou ik het nog maar bij deze!
7 reacties:
Alle begin is moeilijk...;-)
Én oefening baart kunst...
Succes! Gr. Jo
Een deel van je wintervoorraad ligt daar ó zó mooi, Clarien.
Een boeiende leerrijke avond !
Lie(f)s.
De buurman uit mijn kindertijd was de plaatselijke jager en imker en vlocht ook zelf de bijenkorven. Alleen in mijn herinnering van 'bentegras'; in ieder geval niet van roggestro. Bentegras is de grassoort die in goed Nederlands bekend staat als het pijpenstrootje. Het bentegras werd gewoon geplukt uit de naburige veenplassen en was dus ruim voorradig. Volgens zeggen ging zo'n bijenkorf een leven lang mee. Wiens leven daar als grondslag voor genomen werd weet ik niet.
Zoals jullie bij het korvenvlechten rotan gebruikten, gebruikte mijn buurman banden die hij van bramenranken 'trok'. Die hadden een speciale naam, maar die heb ik even niet voorradig. In mijn herinnering had hij die in een emmer water liggen, maar herinneringen zijn rare dingen die zich nog wel eens willen vervormen en dat geldt zeer zeker als ze 70 jaar oud zijn.
Wanneer hij die bramenranken oogstte weet ik niet, maar neem aan dat dat 's winters was. Dat was ook de tijd dat er 'bezzemries' gesneden werd van de berkenbomen. Daarvan werden 's winters een aantal gemaakt zodat er weer een voorraadje was voor het komende jaar. De bezems die in huis gebruikt werden, kregen een toevoeging in de vorm van wat bremtakken, want dat veegde mooi schoon. Zo blijkt maar weer dat niet alleen nieuwe bezems schoon veegden, maar dat een takje brem hetzelfde effect teweeg bracht.
Ach, wat kan het leven toch simpel zijn.
Willem onze docent werkt soms ook met bramenranken als bindmateriaal. Die haalt hij dan van schaduw plekken, want braam die in de zon groeit is niet zo geschikt. Op schaduwplekken zijn de ranken vaak langer en soepeler.
Het nadeel van bramenranken is alleen dat het sneller verteert en zo'n korf dan steeds gerepareerd moet worden.
Clarien, naar aanleiding van je enthousiaste beschrijving van het bijenkorven vlechten ben ik eens in mijn 'Drentheboeken' gedoken om er het een en ander over op te zoeken. En ondanks dat je een begaafd tekenaar bent, kun je niet mijn verbazing schetsen toen ik een foto tegenkwam uit 1905 van iemand die een bijenkorf vlocht van roggestro. Dat riep bij mij de vraag op waarom mijn oude buurman ongeveer 45 jaar later, nog steeds bentegras gebruikte. Zuinigheid? "het geld is betuun" was een gevleugelde uitdrukking. Taditie? "Wat goed giet moej niet veraandern", was eveneens een veel gebruikte uitdrukking in mijn kindertijd.
Wel was op de foto duidelijk zichtbaar dat er (gespleten) bramentakken gebruikt werden om de strobundels te binden. Dat bramenranken minder duurzaam waren dan rotan neem ik op jouw gezag aan. Van wilgentenen die gebruikt werden om de rietbundels in een rieten dak bijeen te houden, weet ik dat ze gerookt werden als verduurzaming. Mogelijk dat die techniek ook bij bramenranken toegepast werd, maar dat is een (niet bewezen) veronderstelling van me.
Het Vlechtmuseum in Noordwolde (Fr.) geeft ook cursussen. Het is ook een heel interessant
museum over de vlechtindustrie in de Stellingwerven.
Afra
Een reactie posten