U vraagt, wij bakken.

on zaterdag 26 maart 2022






Graan nood?


Het lijkt er wel op. Ook in mijn mailbox. Ik krijg momenteel veel e-mails met vragen over graan. Over hoe je zelf graan verbouwt. En hoe je het dan oogst. En ook over of je het lang kan bewaren. 


Eerlijk gezegd ben ik niet zo'n beste uitlegger. Ik doe altijd maar wat, en laat dat dan hier zo'n beetje zien. En dan denken mensen dat ik er heel wat vanaf weet. Maar wat ik erover weet, is hoe ik het zelf doe. En dat werkt voor mij, maar voor een ander misschien weer helemaal niet. Het is niet DE manier, het is EEN manier. Het kan nét zo goed anders.


Ook ben ik niet zo van de exacte instructies. Ten eerste hou ik niet van recepten typen. Met van die dingen als één eetlepel van dit en vijftig gram van dat. Het is veel leuker om lekker een beetje de dingen van de dag op de laptop te rammelen. Géén lijstjes met ingrediënten ... en ook géén lijstjes met hoe je precies graan verbouwt. 


Exacte instructies. Met de pilateslessen geef ik ze wel, want dat steekt heel nauw. Maar voor recepten, och nee, niet nodig. Grote lijnen, en verder zelf uitzoeken. Want smaken verschillen. Het leukste van koken is je eigen fantasie gebruiken, toch? Beetje van mij en beetje van jezelf. En ook ben ik altijd bang als ik ingrediënten noem dat je dan meteen naar de winkel rent om dat te kopen, in plastic vaak ook nog, terwijl je zelf prima alternatieven in je keukenkast heb staan.





Brood bakken. Daar komen ook vragen over. Altijd al wel, maar nu meer. 


En omdat ik vandaag toevallig twéé verschillende broden bakte zal ik dat maar laten zien. Ik had weer een deeg gemaakt voor een zuurdesembrood. Dat moet elke week, want die starter die groeit steeds weer aan, en die moet je regelmatig gebruiken. Als je een tijd géén brood wil bakken dan moet de starter in de koelkast, daar kan hij wel een paar weken staan zonder bij te voeden.


En Paul zag mij zo bezig, en vroeg of ik ook een gewóón brood wilde bakken. Want hij houdt niet zo van zuurdesem. Tuurlijk kan dat. U vraagt wij bakken. 😊


Zo'n gewoon brood met gist, dat is vrij simpel. Ik maakte een klein brood, omdat Paul het alleen opeet. Toen ik nog voor een gezin van zes bakte maakte ik altijd broden van 800 gram meel. Maar dit keer een brood van 500 gram meel. Eerst 500 gram tarwe afwegen, en dat malen. Daar ging een eetlepel zout bij, roeren, en dan een zakje gist, en weer roeren. Gewoon gedroogde gist. Zie foto. 


Toen ging er 285 cl warm water bij. Eerlijk gezegd kijk ik zelf niet zo nauw. Als het deeg te droog of te nat is voeg ik wat meel of wat water toe. Maar als je voor het eerst brood bakt is het handig om alles die eerste keer precies te wegen. Ik deed er ook nog een scheutje sesamolie bij. Paul houdt daar erg van. Je kunt het ook weglaten. Brooddeeg kan mét en zonder vet. 


Als alles een beetje vermengd is ... hopla ... stort de hele deegrommel maar op het aanrecht. Het is nog wat kruimelig misschien, maar dat komt helemaal goed. Dat wordt allemaal mooi soepel en gladjes, door het kneden. Je kneedt het minimaal acht minuten. Langer mag, korter liever niet. En als het deeg te droog is maak je je handen nat. Ik doe dat meestal wel een keer of drie. Omdat ik volkorenmeel gebruik, neemt dat tijdens het kneden veel vocht op. Dat komt door de vezels. 







Dan sla je het deeg even op het aanrecht, om eventuele luchtbellen eruit te slaan, en maak er een keurige bol van. Je legt die in een kom onder een doek of schotel. Ik sprenkel er altijd nog wat druppels water overheen, en pak het goed in met schotel én theedoek, want zo'n volkorenbol droogt anders wat snel uit. 


Dan, wachten. Ga gerust wat anders doen. Ik fietste naar het bos, want ik had beloofd om een verslag te maken van de speurtocht voor de jeugd, van de natuurvereniging. 






Het was daar erg druk! Ruim dertig kinderen waren erop af gekomen. Hoera het kon eindelijk weer, na twee jaar corona stilte.


Het was een gekwetter in het bos, van vogels en ook van kinderen. Ze hadden foto's mee van dingen die ze in het bos moesten opzoeken. Met een kaart erbij. Sommige waren echt moeilijk! Zoals deze hieronder. Maar leuk bedacht van de jeugdwerkgroep. Je leert kinderen zo kaartlezen en ook om te kijken.


👀👀👀


(naar iets anders dan een schermpje)





Nou, dikke verwennerij natuurlijk. En nog wat prijzen, van een andere wedstrijd, die Jan met zijn zware basstem uitreikte aan de twee trotse prijswinnaars. Haha het galmde door het bos. 


Ik dronk even een kop koffie mee, en sprak wat nieuwe ouders. Dit keer maar niet gezeurd om nieuwe bestuursleden of vrijwilligers. Je schrikt de mensen daarmee af. We doen het andersom. We organiseren gewoon steeds weer leuke dingen, dan komen ze vanzelf wel meedoen. Toch?






En thuis was de bol al verdubbeld. Met bakkersgist uit een zakje gaat dat razendsnel. Zo'n eerste rijs gaat in ongeveer anderhalf uur. Als je bloem gebruikt, korter. Ik schat een uur. Het moet verdubbeld zijn, dan is het goed. Dan, nog een keer goed doorkneden, en de deegbol gaat dan in bakpapier in een pan, voor de tweede rijs. Dat duurt ongeveer een uur. Het moet weer minstens verdubbelen.


Het zuurdesemdeeg stond al vanaf gisteravond te rijzen. Dat duurde veel langer. Maar die was ook klaar. Je ziet goed het verschil. Links is het zuurdesemdeeg van rogge, dat is wat grijzig van kleur. En rechts is het gistdeeg, van tarwe. Dat is meer gelig. 


Ze gaan dan samen in een goed voorverwarmde oven, minstens 220 graden. Zoals je ziet bak ik in gietijzeren pannen. We vinden die ronde broden leuk, het heeft iets nostalgisch. Maar het kan net zo goed in lange broodvormen, als je die hebt. Wel even invetten van te voren. Bak de broden een half uur gloeiend heet, dan de temperatuur terug op 200, en nog een kwartier bakken.







Je ziet dat de structuur van de twee broden bijna gelijk is. Allebei mooi gerezen. Dat gaat ook zo goed omdat het warm is in huis door de zon. Eigenlijk moet je dus brood bakken als de zon schijnt. Zeker als je zonnepanelen hebt en een elektrische oven. De stroom komt dan rechtstreeks van je dak. 


Brood op zonne-energie!


En zo hebben we nu dus allebei een eigen brood, Paul en ik. Dat van Paul een mooi gistbroodje, en dat van mij een prachtig desembrood met een enorme smaaksensatie!😊





 


... en op de tuin is ook weer zo het een en ander gepoot en gezaaid. Maar dat komt volgende week wel weer. 



En wacht .... nog twee ps-jes .... 


ps. Iemand vroeg ook hoeveel graan je moet zaaien per vierkante meter. Op een vak van honderd vierkante meter zaaide ik vorig jaar 70.000 korrels rogge. Ik heb de hoeveelheid voor één meter geteld, dat waren 70 korrels, en ik had honderd rijtjes van tien meter. Dus. Haha. Kom je er zo uit? Op één meter is dat dus 70 korrels en op één vierkante meter 700. Want tien rijtjes van één meter. En kijk vooral niet op een korreltje meer of minder😄


ps. Als je echt álles wilt weten over brood bakken volg dan een workshop bij Teunie!



6 reacties:

MC zei

Het besef sijpelt door, dat zelf verbouwen en maken niet alleen plezant is om te doen, maar ook gewoon essentieel. Of het nu gaat om graan zaaien, tasjes maken, lepels snijden, ... er is zoveel te ontdekken tijdens het gewone "doen" ; natuur, omgeving, jezelf,...

Bedankt voor je blogs, Clarien, ik vind ze altijd opnieuw heel waardevol. En ook gewoon leuk :)

Anoniem zei

Leuk alles uit de losse hand .
Ik hou niet van koken en niet van eten ,Lees liever een boek daar heb je geen last van .

Lies zei

Een leidraad om te koken kan leuk zijn, Clarien, maar verder..., ah, wat heb je binnen handbereik, en wat kan je daarmee...
Lie(f)s.

Anoniem zei

De broden zien er heel goed uit! Wij zaaien tarwe in kilo's, dat is 200 gram tarwe op 1 vierkante meter. Voor rogge is dat misschien anders.

Anoniem zei

sorry ik maak een fout... het is 20 gram tarwe op 1 vierkante meter!

Clarien zei

Ja ik zaal ook in kilo's. Andershalve tot 2 kilo op 100 vierkante meter. Dus net zoiets als jullie denk ik?